Ingebruikname

Met het stelwiel toerentalinstelling (17) kunt u het noodzakelijke toerental ook tijdens werking instellen.

1–2

Laag toerental

3–4

Gemiddeld toerental

5–6

Hoog toerental

De in de tabel vermelde waarden zijn richtwaarden. Het vereiste toerental is afhankelijk van het materiaal en de werkomstandigheden en kan door praktische tests bepaald worden.

Materiaal

Freesdiameter [mm]

Positie stelwiel

Hardhout (beuken)

4–10
12–20
22–40

5–6
3–4
1–2

Zacht hout (grenen)

4–10
12–20
22–40

5–6
3–6
1–3

Spaanplaten

4–10
12–20
22–40

3–6
2–4
1–3

Kunststoffen

4–15
16–40

2–3
1–2

Aluminium

4–15
16–40

1–2
1

Na langere tijd werken met een klein toerental moet u het elektrische gereedschap ter afkoeling ca. 3 minuten lang bij maximaal toerental onbelast laten draaien.

Stel vóór het inschakelen de freesdiepte in.

Voor het inschakelen van het elektrische gereedschap drukt u licht op de vastzet- en ontgrendelingsknop voor de aan/uit-schakelaar (20), daarna drukt u op de aan/uit-schakelaar (19) en houdt u deze ingedrukt.

Voor het vastzetten van het elektrische gereedschap schakelt u het elektrische gereedschap in en drukt u op de vastzet- en ontgrendelingsknop voor de aan/uit-schakelaar (20). Laat eerst de aan/uit-schakelaar (19) los en daarna de vastzet- en ontgrendelingsknop voor de aan/uit-schakelaar (20).

Om het elektrische gereedschap uit te schakelen laat u de aan/uit-schakelaar (19) los of indien deze met de vastzettoets (20) is vergrendeld, druk kort op de aan/uit-schakelaar (19) en laat deze dan los.

De Constant Electronic houdt het toerental bij onbelast en belast lopen vrijwel constant en waarborgt een gelijkmatige arbeidsvermogen.

Het elektronisch zacht aanlopen begrenst het draaimoment bij het inschakelen en verlengt de levensduur van de motor.